Aandeel hernieuwbare energie in 2022 toegenomen naar 15 procent
In 2022 was het aandeel hernieuwbare energie 15 procent van het totale energieverbruik in Nederland. Een jaar eerder was dit 13 procent. Vooral het verbruik van zonne- en windenergie is het laatste jaar gestegen.
Het energieverbruik uit biomassa is iets gedaald. Dit blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS. Nederland heeft in EU-verband afgesproken om in 2030 minstens 27 procent van het totale energieverbruik op te wekken met hernieuwbare energie.
Het verbruik van hernieuwbare energie bedroeg 277 PJ (petajoule) in 2022, 6 procent meer dan een jaar eerder. Het totale finale energieverbruik bedroeg vorig jaar ongeveer 1850 PJ, ruim 7 procent lager dan het jaar ervoor en het laagst sinds 1990. Dit wordt met name veroorzaakt door een sterke daling in het aardgasverbruik. Mede door de daling van het totale verbruik steeg het aandeel hernieuwbare energie.
Weer meer nieuwe zonnepanelen
Het verbruik uit zonne-energie (elektriciteit en warmte) groeide in 2022 ten opzichte van het jaar daarvoor met 45 procent naar 62 PJ. De belangrijkste oorzaak is de plaatsing van nieuwe zonnepanelen. De totale opgestelde capaciteit van zonnepanelen is vergeleken met een jaar eerder met 28 procent gestegen naar meer dan 19 duizend MW (megawatt).
Verder was 2022 ook een bijzonder zonnig jaar. Van de opgestelde zonnepanelen staat 20 procent in zonneparken en 80 procent op het dak of als zonwering boven parkeerplaatsen.
Windenergie toegenomen
Het energieverbruik uit windenergie is in 2022 vergeleken met een jaar eerder met 13 procent toegenomen naar 78 PJ. Het verbruik uit windenergie op zee bedroeg ongeveer 30 PJ en was daarmee ongeveer gelijk aan dat van 2021. Het verbruik uit windenergie op land groeide in dezelfde tijd met 25 procent naar 47 PJ.
De totale capaciteit van windmolens was eind 2022 bijna 9 duizend MW, 14 procent meer dan het jaar ervoor. Deze stijging is grotendeels te danken aan nieuwe windmolens op het land, hier is 950 MW bijgekomen. Het vermogen op zee steeg met 110 MW.
Verbruik biomassa daalt
Het bruto-eindverbruik van biomassa in 2022 liet een daling zien van 15 procent. Dit wordt voor een deel veroorzaakt doordat er vorig jaar een kwart minder biomassa is meegestookt bij elektriciteitscentrales.
Daarnaast gelden sinds halverwege 2021 aangescherpte duurzaamheidscriteria voor bepaalde installaties op vaste en gasvormige biomassa. Wanneer deze niet worden nageleefd, telt de gebruikte biomassa niet mee voor het bruto-eindverbruik van energie volgens de Europese rekenmethode. Ondanks de daling wordt de grootste bijdrage aan hernieuwbare energie nog steeds geleverd door biomassa (40 procent).
Het verbruik van de biotransportbrandstoffen is met 4 procent gedaald in 2022. Er werd 7 procent meer biobenzine verbruikt, terwijl het verbruik van biodiesel met 12 procent is gedaald. Er werd wel veel meer biodiesel geleverd aan de internationale zeevaart.
Meer warmtepompen
De bijdrage van warmtepompen aan de totale hoeveelheid hernieuwbare energie is met 7 procent nog relatief klein maar stijgt wel. De totale hoeveelheid onttrokken warmte nam in 2022 vergeleken met een jaar eerder met ruim een kwart toe tot ruim 20 PJ.
Warmtepompen spelen een steeds grotere rol bij de verwarming van gebouwen. Met een warmtepomp wordt energie (warmte) onttrokken aan de buitenlucht of bodem (tot 500 meter diepte).
In 2022 zijn voor het eerst ook cijfers beschikbaar over het aantal hybride warmtepompen. Een hybride warmtepomp is een warmtepomp die samenwerkt met een CV-ketel. Ongeveer een kwart van de in 2022 geïnstalleerde buitenlucht-waterwarmtepompen is hybride.