'Organisaties worstelen met werk-privé balans'
Organisaties lijken vandaag de dag niet goed in staat tegemoet te komen aan de werk-privé balans behoeften van werknemers.
Omdat nieuwe generaties die toetreden tot de arbeidsmarkt hier steeds meer waarde aan hechten, is het vinden van een goede werk-privé balans een urgent thema geworden dat tevens kansen biedt. Dit is een van de conclusies van Jenny Sok in haar proefschrift ‘Make it work, Rethinking the work-home interface’, waarmee zij deze week promoveert aan Nyenrode Business Universiteit.
Enorme verschuiving
De veranderingen van de laatste 60 jaar in zowel het werkend als privé-bestaan van mensen lijken de oorzaak van de toenemende behoefte aan een andere werk-privé balans. “Een van de belangrijkste ontwikkelingen is de sterk toegenomen toetreding van vrouwen tot de arbeidsmarkt sinds de jaren ’50-’60. Dit heeft een enorme verschuiving in de verdeling van tijd aan werk en privérollen teweeg gebracht,” stelt Sok.
“Bovendien worden families steeds diverser door het stijgende aantal echtscheidingen. Ook mantelzorg voor oudere familieleden vraagt meer privétijd van werknemers. Vooral alleenstaande ouders en gescheiden co-ouders hebben doorgaans moeite om werk en zorgtaken te combineren.”
Werkbare werk-privé balans
Sok probeert in haar dissertatie de vraag te beantwoorden hoe de werk-privé connectie werkbaar kan worden gemaakt. Hierbij heeft ze vanuit maatschappelijk perspectief, organisatie perspectief en individueel perspectief onderzoek gedaan.
“Een van de conclusies is dat investeren in de werk-privé balans van medewerkers loont. Werknemers die een positieve werk-privé balans ervaren zijn objectief gezonder, presteren beter en zijn minder vaak afwezig van het werk. Hier ligt dus een kans voor organisaties.”
Diversiteit
Een praktische aanbeveling om werk-privé balans werkbaar in organisaties te maken, is de diversiteit in de organisatie in kaart te brengen. Sok beveelt aan om HR maatregelen te ontwikkelen voor verschillende groepen omdat mannen en vrouwen, jongere en oudere medewerkers verschillende behoeften hebben.
Daarnaast wijst ze erop dat er meer vormen van diversiteit zijn dan sekse en leeftijd, zoals culturele achtergrond, levensfase en dergelijke. Ze adviseert de werk-privé behoeften van de verschillende groepen vast te leggen en hierop te monitoren: “Met de informatie die hiermee vrijkomt, kunnen gerichte interventies worden gepleegd indien nodig zodat de werk-privé balans de gewenste kant op gaat.”