De vijf grootste veranderingen in de inkomstenbelasting voor 2019

1. Lagere belasting voor middeninkomens

De grootste ‘slachtoffers’ van de crisis waren zonder meer de middeninkomens. Zij waren namelijk degenen die een huis hadden gekocht, waarvan de hypotheek spontaan onder water kwam te staan. Hoog tijd dus om eens wat voor ze terug te doen. Bijvoorbeeld door de inkomstenbelasting te verlagen. Het tarief binnen schijf twee en drie, wat staat voor een inkomen tussen de € 20.384,- en € 68.507,- wordt met 2,75 procent verlaagt tot 38,10 procent. Dit moet een behoorlijke stijging opleveren in de koopkracht.

2. Hogere of lagere arbeidskorting

Waar de inkomstenbelasting voor alle soorten inkomen geldt, daar is de arbeidskorting enkel bedoeld voor werkende mensen. Het kabinet verhoogt in 2019 de arbeidskorting voor mensen met een inkomen tussen de € 10.000,- en € 41.000,-. Verdien je meer, dan ga je er juist wat op achteruit, aangezien de arbeidskorting boven de € 41.000,- versneld wordt afgebouwd. Binnen de nieuwe regels krijg je dit jaar vanaf € 90.000,- geen arbeidskorting meer. Eerder lag de drempel nog op € 130.000,-.

3. De heffingskorting gaat omhoog

Nog meer goed nieuws. De maximale heffingskorting gaat in 2019 fors omhoog. Met maximaal € 212,- tot een bedrag van € 2.477,-. Het voordeel komt vooral terecht bij mensen met een inkomen tot € 20.384,-, oftewel het bedrag binnen de eerste belastingschijf. Mensen met een hoger inkomen hoeven echter niet te treuren. De heffingskorting stijgt namelijk ook voor inkomens tot € 68.507,-, maar dan met een minder hoog bedrag. De heffingskorting is een standaard bedrag dat je van de belasting mag aftrekken en is voor iedereen geldig. Mensen met een AOW-inkomen kunnen een maximale stijging van € 111,- tegemoet zien.

LEES OOK: Verhoging BTW-tarief veroorzaakt inflatie

4. Belastingvoordeel voor gepensioneerden

Een andere groep die het voortdurend lastig heeft de afgelopen jaren, zijn de gepensioneerden. Door de aanhoudende lage rente, zijn pensioenfondsen erg zuinig geworden in het indexeren van de pensioenen aan de inflatie, waardoor het besteedbaar inkomen van gepensioneerden behoorlijk onder druk kwam te staan. Het kabinet wil hier iets aan veranderen, ondermeer door een aanpassing van de ouderenkorting. Die wordt ten eerste verhoogd met € 178,- tot een maximum van € 1.596,-. Daarnaast geldt er vanaf dit jaar een afbouw. Vooral voor mensen met een pensioen rond de € 40.000,- kan dit veel voordeel opleveren. In 2018 kreeg je bij een pensioen van 38.000 slechts € 72,-, nu wordt dat het volledige bedrag van ruim € 1.500,-.

5. Minder bijtelling voor elektrisch rijden

In de toekomst moeten we allemaal aan de elektrische auto. Om de verkoop te stimuleren hanteerde het kabinet de afgelopen jaren een voordelige bijtelling voor volledig elektrische auto`s. Vanaf dit jaar wordt deze regeling aangepast. Je moet dan 22 procent betalen als het bedrag van de elektrische auto hoger is dan € 50.000,- en je de wagen ook privé wilt rijden. Ondermeer hierdoor wordt 2019 ongetwijfeld het jaar van de iets goedkopere elektrische wagen.