Organisatoren slaan handen ineen voor duurzamere muziekevenementen
Nederland is een festivalland, jaarlijks vinden er duizenden popconcerten en muziekevenementen plaats. Deze miljoenenindustrie is goed voor de economie, maar een belasting voor het milieu.
Samen met zes grote muziekfestivals gaat Syntens Innovatiecentrum werken aan een vergroening van de evenementen. Op dit moment vormen de festivals namelijk een enorme impact op het milieu, de CO2-footprint en de omgeving. Tijd voor verandering vinden de samenwerkende partijen.
Concrete acties
‘Het project van Syntens komt als geroepen’, vertelt Laura van de Voort van Extrema, organisator van Extrema Outdoor - XO en Solar weekend en een van de zes deelnemende festivals. ‘Er wordt veel over verduurzaming van festivals gepraat maar concrete acties blijven vaak uit. Wij deden al een aantal dingen zoals het scheiden van afval en het reduceren van stroomverbruik. Maar nu ik er door deelname aan het project 'Een groener festival NL' dieper ben ingedoken, zie ik pas dat er echt veel meer en veel beter kan.’
Meten is weten
Kim Rekko, innovatieadviseur Syntens: ‘De deelnemers aan het project leren van elkaar. Het is een diverse groep festivalorganisatoren uit het hele land. Ze zijn al een soort koploper als het over duurzaamheid gaat, maar het ontbreekt hen soms aan de kennis en kunde om het aan te pakken. Het eerste waarmee wij begonnen zijn, is inzichtelijk maken hoe duurzaam de festivals eigenlijk zijn. Onder het motto 'meten is weten' is er een nulmeting gedaan met de milieubarometer van Stichting Stimular. Die barometer is een online instrument waarmee bedrijven en organisaties hun milieuprestaties en CO2 footprint kunnen meten en verbeteren.’
Barometer
Laura van de Voort: ‘Er is een top vijf van zaken die van invloed zijn op onze groene prestaties. Naast het energieverbruik is dat het vervoer van de bezoekers, het (inter-) nationale vervoer van de artiesten, afval en catering. En omdat we alle zes de barometer invullen, kunnen we onze gegevens met elkaar vergelijken en dan gaan de cijfers leven. Zo kwamen wij tot de conclusie dat wij in vergelijking met de andere festivals veel meer stroom verbruiken. Daar liggen dus kansen om dat terug te brengen.’
Ludieke campagnes
‘Mijn plannen voor een groener festival leken erg ambitieus, biecht Laura op. ‘Het beschikbare budget was beperkt maar wat ik heb geleerd, is dat duurzaamheid geen kwestie is van alleen veel geld investeren. Integendeel zelfs, het kan juist geld opleveren. Het gaat er vooral om dat je het gewoon doet. En dat is ook wat we van onze bezoekers vragen. Zij bepalen voor het grootste deel hoe wij op de barometer scoren. Komen zij allemaal met de auto, ruimen ze hun bekers en etenswaren niet op en laten ze hun tentjes achter op het terrein, dan lukt het ons nooit om onze CO2 footprint flink te verlagen. Tijdens de komende festivals gaan we al concreet dingen doen. We stimuleren het gebruik van het openbaar vervoer door samenwerking met de NS, Eventrravel en Toogether (carpoolen) en een expert helpt ons om ons stroomverbruik te verminderen. Samen met afvalverwerker Van Gansewinkel werken we aan ludieke campagnes om afvalscheiding onder de aandacht van onze bezoekers te brengen.’
Kim Rekko: ‘Als al die honderdduizenden bezoekers hun eigen rommel opruimen, kunnen we samen heel wat bereiken. Dat is goed voor het milieu, levert een veel betere festivalsfeer op én vertaalt zich ook nog in financieel voordeel voor de organisator van het festival. Zelfs een groentje kan dat rekensommetje snel maken.’