Sollicitant benut Web 2.0 te weinig
Bij het zoeken naar een nieuwe baan spelen moderne Web 2.0 instrumenten, zoals sociale netwerken, chatten en blogs, voor de werkzoekende een veel kleinere rol dan voor de HR-afdelingen. Dit blijkt uit een onderzoek van Volkskrant Banen waarvan de resultaten vandaag worden gepubliceerd op volkskrantbanen.nl/werkgevers.
Bureau De Uitkomst ondervroeg, in opdracht van Volkskrant Banen, 550 hoogopgeleide respondenten over hun manier van solliciteren en specifiek over de stappen die ze online zetten als ze meer over een organisatie te weten (willen) komen. Het sollicitantengedrag staat in scherpe tegenstelling tot dat aan de andere kant van de tafel. De werkgever weet wl meer en meer informatie over sollicitanten online te vinden. De komende weken belicht Volkskrant Banen uitvoerig de mogelijkheden en consequenties van het hebben van een online identiteit.
Traditioneel
Ofschoon de rol van het internet als belangrijkste informatiebron buiten kijf staat, gebruiken de meeste respondenten het toch op een traditionele, statische manier. Bijna iedereen ziet de website wel als het visitekaartje van de organisatie, maar het gebruik ervan laat zich het best vergelijken met dat van een elektronische brochure. Hoewel een groeiend aantal organisaties een eigen Hyves-pagina heeft en steeds meer werknemers zijn aangesloten bij LinkedIn, worden netwerksites slechts door zes procent van de respondenten gebruikt om het beeld van een organisatie verder uit te diepen.
Eerste contact per brief
Het traditionele karakter van het sollicitatieproces blijkt eveneens uit de manier waarop sollicitanten het eerste contact willen leggen met de organisatie. De brief wint het daarbij nog steeds van e-mail en telefoneren. Chatten speelt een nog veel kleinere rol.
Quinty Danko, hoofdredacteur van Volkskrant Banen: Sollicitanten blijken veel traditioneler dan algemeen wordt aangenomen. Hoewel iedereen de mond vol heeft van Web 2.0, communities, interactie en social networking, blijkt de sollicitant daar nog weinig gebruik van te maken. Het internet helpt wel bij het zoeken, maar de informatie wordt passief verwerkt. Dit is des te opvallender omdat werkgevers de sociale netwerken juist wel actief gebruiken en online steeds meer informatie verzamelen over sollicitanten. De werkzoekende blijkt hier niet goed van op de hoogte te zijn en onderschat de impact hiervan. De komende weken zullen we daarom uitvoerig ingaan op de online identiteit en de gevolgen ervan voor de sollicitant.
Persoonlijk netwerk blijft belangrijkst
Het persoonlijke netwerk blijft voor tweederde van de respondenten de belangrijkste bron voor vacatures, op gelijke hoogte met banensites en landelijke kranten. Bij de selectie van de vacature is functie-inhoud de belangrijkste informatie. De mogelijkheid om via chat in een vroegtijdig stadium al met collegas te kunnen kennismaken, wordt slechts door een paar procent van de respondenten interessant gevonden. Het gebruik van sites als Hyves, blogs of YouTube staat hierbij nog in de kinderschoenen.
Online reputatie
De online reputatie van een organisatie is voor het grootste deel afhankelijk van de website, vindt 72 procent. Maar ook wat anderen over een werkgever zeggen, speelt een belangrijke rol. Resultaten van zoekmachines staan met 33 procent op de tweede plek en artikelen op nieuwssites worden regelmatig gescreend. Vanaf 22 april gaat Volkskrant Banen in het weekblad en via een speciale website, volkskrantbanen.nl/identiteit, aandacht besteden aan online identiteit en reputatie.