Wat kan HR verwachten van prinsjesdag?

Auteur: Edith van Schie van Brightmine (voormalig bekend als XpertHR)

Nu moet de Wet DBA plaatsmaken voor de Vbar: Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden. Hoe staat het daar nu mee?
De Vbar is nog steeds een wetsvoorstel: het is nog niet van toepassing.  Of het wetsvoorstel gaat redden, is nog niet zeker: internetconsultatie leverde overwegend negatieve reacties op – 1400 stuks. 

Het wetsvoorstel is daarom aangepast en ligt nu ter beoordeling bij de Raad van State. Echter: de Raad van State is kritisch en het is niet ondenkbaar dat ook de Vbar er niet zonder kleerscheuren vanaf komt. 

Als het wetsvoorstel de eerste beoordelingen doorkomt, dan is het aan de Eerste en Tweede kamer om te beoordeling. Of dat in de huidige samenstelling van het parlement en met name die van de Tweede Kamer zal lukken, is ook maar zeer de vraag. Voorlopig nog geen zekerheid dus op het vlak van Vbar.

Ook andere wetsvoorstellen die betrekking hebben op HR moeten nog door de keuring. Een overzicht:

Voorstel Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (WTTA)

Deze wet moet ervoor zorgen dat er een toelatingsstelsel wordt ingevoerd voor uitzendbureaus en andere bedrijven die arbeidskrachten ter beschikking stellen (uitleners). Om tot het stelsel te worden toegelaten moeten de uitleners aan diverse eisen voldoen.

Voorlopig is dit wetsvoorstel door het vorige kabinet ingediend bij de Tweede Kamer en staat het ingepland voor plenair debat op 8 november 2024. Of dat debat doorgaat, is de vraag. In het hoofdlijnenakkoord is namelijk ook een heel aantal afspraken gemaakt over arbeidsmigranten.

Voorstel Wet meer zekerheid flexwerkers

In dit wetsvoorstel wordt onder meer aanscherping van de ketenregeling voorgesteld, verbetering van de positie van oproep- en uitzendkrachten en wordt het zogenoemde ‘basiscontract’ geïntroduceerd. Ook over dit wetsvoorstel waren de respondenten op de internetconsultatie verre van positief.  

Ook dit wetsvoorstel is in maart 2024 voor advies naar de Raad van State gezonden. Daar ligt het op dit moment nog steeds. Of het nieuwe kabinet deze plannen doorzet of niet, is tot op heden onbekend.

Wetsvoorstel wijziging van de re-integratieverplichtingen in het tweede ziektejaar

Dit wetsvoorstel moet kleine en middelgrote werkgevers de mogelijkheid geven om zieke werknemers in hun tweede ziektejaar te vervangen. Het wetsvoorstel is in oktober en november vorig jaar in consultatie gebracht. De reacties waren weinig positief. Bovendien heeft de Raad van State bezwaar tegen het wetsvoorstel, vooral vanwege de toenemende regeldruk die het met zich meebrengt.

Ook de Raad voor de rechtspraak is kritisch: zijn advies komt erop neer dat de Raad het wetsvoorstel te complex vindt voor werkgevers en te belastend voor werknemers. De kans is groot dat het nieuwe kabinet deze plannen niet (in deze vorm) doorzet

Voorstel Wet basisverzekering arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (BAZ)

Over dit wetsvoorstel is al veel te doen onder zzp’ers en in de media. De verzekeringsmaatschappijen anticiperen al volop op de nieuwe verzekeringsplicht. Het wetsvoorstel stelt voor om een verplichte basisverzekering arbeidsongeschiktheid voor zelfstandigen in te voeren. Op 11 juni is het voorstel in consultatie gegaan. Ook op dit plan kwamen weinig positieve reacties.

Maar: de basisverzekering zal er waarschijnlijk wel komen. Deze is namelijk onderdeel van hervormingen die Nederland moest doorvoeren om aanspraak te kunnen maken op geld uit het Europese coronaherstelfonds. Er zal – ook bij het nieuwe kabinet – dus veel aan gelegen zijn om deze wet door te zetten. Dat zal al in het eerste kwartaal van 2025 moeten gebeuren, dus er is inmiddels haast bij. Toch hoeven zzp’ers niet meteen in actie te komen: oud-minister van SZW Van Gennip heeft aangegeven dat, mocht de wet op tijd worden aangenomen, zij verwacht dat het dan nog ‘twee tot drie jaar’ kan duren voordat de wet kan worden uitgevoerd vanwege de benodigde aanpassingen bij de fiscus, verzekeraars en UWV.