Werkgevers missen kansen in mobiliteitstransitie
Den Haag, 15 april 2025 – Werkgevers spelen een belangrijke rol in de overgang naar duurzamere mobiliteit, maar laten nog te veel kansen liggen. Hoewel 90% van de werkgevers zegt duurzame mobiliteit actief te stimuleren, ervaart bijna de helft van de werknemers hier daadwerkelijk ondersteuning bij. Dat blijkt uit het nieuwste Trendrapport Duurzame Mobiliteit van Nationale-Nederlanden, dat vandaag wordt gepubliceerd. “De wil is er, maar zonder duidelijk beleid en betere faciliteiten krijgen werkgevers hun werknemers nog onvoldoende mee,” aldus Maurice Koopman CEO Schade & Inkomen bij Nationale-Nederlanden. Ondertussen blijven veel Nederlanders vasthouden aan hun vertrouwde benzineauto – al neemt de bereidheid tot verandering wel toe.
Werkgevers zeggen te stimuleren, maar werknemers merken er weinig van
Duurzame mobiliteit staat hoog op de agenda van werkgevers: het overgrote deel (90%) zegt medewerkers te stimuleren om duurzamer te reizen. Werkgevers doen dit vooral met het aanbieden van laadpalen (53%), flexibele werktijden en thuiswerkopties (50%), zo blijkt uit onderzoek uitgevoerd door Markteffect. 1 Toch ervaart slechts de helft (48%) van de werknemers daadwerkelijk steun bij de overstap naar een duurzamer vervoermiddel. “Er is een kloof tussen beleid en praktijk,” stelt Koopman. “Werkgevers zeggen duurzame mobiliteit te omarmen – in meer dan de helft van de gevallen om hun imago te versterken – maar in de praktijk merken werknemers daar nog (te) weinig van. Juist daar liggen kansen. Als we willen dat meer mensen daadwerkelijk overstappen, moeten bedrijven en beleidsmakers niet alleen stimuleren, maar vooral ook faciliteren en daarover helder communiceren. Denk aan het aanbieden van meer laadpalen op kantoor, aantrekkelijke leaseopties, autodelen, fietsen en hybride werken.”
Rijbereik en aanschafkosten minder grote barrière, toch blijft benzine populair
Uit het onderzoek blijkt tevens dat de perceptie rondom elektrisch rijden verandert. In 2024 zag nog 63% van de autobezitters de aanschafkosten als grootste obstakel, nu is dat 51%. Ook het rijbereik wordt minder vaak als barrière genoemd (van 31% naar 23%). Toch leidt dit nog niet tot een grote verschuiving: 38% kiest bij een volgende auto opnieuw voor benzine. Volgens Nationale-Nederlanden heeft dit deels te maken met de onvolgroeide tweedehandsmarkt voor elektrische voertuigen, twijfels over de aanschafkosten, laadpaalbeschikbaarheid en de praktische inzetbaarheid van elektrische auto’s. Koopman: “Elektrisch rijden wordt steeds toegankelijker, maar de overstap gebeurt niet vanzelf. Beleidsmakers, financieel dienstverleners en dus ook werkgevers kunnen een belangrijke rol spelen in het wegnemen van deze barrières.”
Auto blijft de norm, OV nog geen aantrekkelijk alternatief
Ondanks de aandacht voor duurzame mobiliteit verandert ons reisgedrag nauwelijks. De benzineauto blijft het meest gebruikte vervoermiddel voor woon-werkverkeer. De overstap naar alternatieven zoals het openbaar vervoer verloopt traag. De belangrijkste obstakels die autobezitters noemen bij het overstappen naar het OV zijn: een lange reistijd (56%), vaste dienstregeling (25%), overstaptijd (29%) en routebeperkingen (24%). Koopman: “Zolang het OV niet concurrerend is met de auto in reistijd en gemak, blijven veel mensen autorijden. Toch is het ook een kwestie van perspectief: reizigers die sowieso met het OV gaan ervaren deze drempels veel minder. Zij zien het reizen met de trein juist als een handig moment om te werken.”
Opvallende onderzoeksresultaten:
- Het milieu is de belangrijkste reden voor autobezitters om voor elektrisch, hybride of waterstof te kiezen (58%). Lagere brandstofkosten (48%) volgen op de tweede plaats, stil en soepel rijden (36%) op drie.
- Bij ondernemers gaat ‘milieu’ ook aan kop: voor 71% van de ondernemers (zzp’ers (80%), mkb’ers (67%) en gz (73%) is dit de belangrijkste drijfveer om over te gaan op duurzaam vervoer.
- Opvallend is dat 12% van de Nederlanders bij vervanging geen nieuwe auto zou nemen.
- Bijna 50% van de Nederlanders neemt de benzineauto naar werk, 7% kiest OV en 7% de elektrische fiets, 14% de gewone fiets.
- De afstand naar het dichtstbijzijnde OV-punt? Gemiddeld 25 min lopen, 12 min fietsen of 6 min met de auto.
- Imago wint aan belang als reden om te verduurzamen: vorig jaar was dit 48% van mkb/gz, nu 62%.
- Werkgevers stimuleren duurzaam vervoer vooral met laadpalen (53%), flexibele werktijden en thuiswerkopties (50%) – de meest duurzame oplossing.
- Net als vorig jaar vinden particulieren dat de overheid de transitie moet versnellen. Driekwart vindt dat ook werkgevers hierin een rol hebben.
- Ook verzekeraars dragen verantwoordelijkheid. Bieden zij financiële steun, zoals premiekorting? Dan wordt 68% van de particulieren en 74% van de ondernemers positiever over een verzekeraar.