Eén op drie werkenden laat droomfunctie schieten bij te lange reistijd
Eén op de drie werkende Nederlanders heeft een droombaan laten schieten, omdat de reis van woonplaats naar werkplek te veel tijd kostte.
Vooral voor werkende Nederlanders met jonge kinderen is woon-werkverkeer een factor bij een baankeuze. Van hen zegt bijna driekwart dat de reistijd erg belangrijk is bij het oriënteren op een nieuwe baan. Bijna de helft van deze groep geeft aan een mooie functie zelfs aan zich voorbij te laten gaan als het woon-werkverkeer te veel tijd in beslag neemt.
Daarnaast brengt 64 procent van werkend Nederland de verwachte reistijd, zoals filegevoelige routes, in kaart als zij zich oriënteren op een nieuwe carrièrestap. Dat zijn enkele opvallende uitkomsten van de Woon-Werkmonitor 2018 van Easy Way, marktleider binnen chauffeurs- en transportdiensten.
Veel tijd kwijt aan het woon-werkverkeer
Dagelijks reizen miljoenen Nederlanders van en naar hun werk. De meeste van hen, zo’n 7 op de 10, doen dit met de auto. Nederlanders zijn behoorlijk veel tijd kwijt aan het woon-werkverkeer: bijna de helft geeft aan langer dan een half uur onderweg te zijn. Uit het onderzoek blijkt dat voor 54 procent van de werkenden een (te) lange reistijd het plezier in hun werk substantieel vermindert.
Ook onderweg houdt het werk voor velen niet op, aangezien 69 procent van werkend Nederland aangeeft dat zij ook tijdens het reizen soms tot (vrijwel) altijd mobiel bereikbaar zijn voor collega’s en zakelijke relaties.
Lange reistijd gaat ten koste van productiviteit
Ruim een derde van de forenzen geeft aan reistijd als een noodzakelijk kwaad te zien waar je niet te veel bij stil moet staan. Met name leidinggevenden, 4 op de 10, zeggen door werk meer dan eens afgeleid te zijn in het verkeer. Toch zegt slechts 28 procent van de werkenden dat zij hun werkuren anders indelen om drukke tijden in het verkeer te vermijden. Bovendien voelt niet meer dan 23 procent van werkend Nederland zich wel eens genoodzaakt langer door te werken wanneer de reistijd langer uitvalt dan verwacht; de rest van de ondervraagden ervaart deze urgentie niet.