Laagterecord jeugdwerkloosheid in Nederland
In Europees verband staat Nederland in de top drie van landen met de laagste jeugdwerkloosheid. Alleen in Duitsland en Tsjechië is deze nog lager, meldt het CBS.
Jonge beroepsbevolking
In het eerste kwartaal van 2018 waren, gecorrigeerd voor seizoeninvloeden, 104 duizend jongeren van 15 tot 25 jaar werkloos. Dat is 7,2 procent van de jonge beroepsbevolking. In het eerste kwartaal van 2008 was dat 8,5 procent.
De werkloosheid ligt voor deze leeftijdsgroep altijd hoger dan voor de oudere beroepsbevolking. In het eerste kwartaal was het werkloosheidspercentage onder de 25- tot 75-jarige beroepsbevolking 3,5. Dat is nog steeds hoger dan net voor het uitbreken van de crisis.
Jeugdwerkloosheid in Nederland relatief laag
In Nederland is de jeugdwerkloosheid relatief laag vergeleken met andere Europese landen. Alleen Duitsland en Tsjechië hadden in 2017 een lager percentage. Gemiddeld over alle EU-landen was sinds 2003 het niveau van de jeugdwerkloosheid het laagst in 2007. Toen was 15,5 procent van de jonge Europese beroepsbevolking werkloos. In dat jaar lag de jeugdwerkloosheid in Nederland lager dan die van Duitsland en Tsjechië. In deze beide landen daalde de werkloosheid onder jongeren sinds 2007 in verhouding echter sterker dan in Nederland. Ook in Hongarije en Polen nam de jeugdwerkloosheid relatief sterk af.
De jeugdwerkloosheid is het hoogst in de Zuid-Europese landen Griekenland, Spanje en Italië. In deze landen nam de werkloosheid relatief sterk toe ten opzichte van tien jaar geleden.