Nederlandse economie gaat verder achteruit
De afgelopen jaren ging het steeds beter met de economie, er was groei te zien en na de crisis kwam alles langzaam maar zeker weer op gang. Helaas zijn de verwachtingen gedaald. Enkele redenen hiervoor zijn de verslechterde vooruitzichten in Duitsland, de Brexit in het Verenigd Koninkrijk en de dreiging van een handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China.
PMI
De inkoopmanagersindex (PMI) daalde van 52,2 in mei tot 50,7 in juni. De PMI wordt bepaald door het aantal nieuwe orders en daarmee de stemming van de industriemanagers. Een score van meer dan 50 betekent dat er vertrouwen is en de economie groeit, is het een lagere score dan 50, dan is het vertrouwen laag en is er sprake van krimp. Afgelopen maand zat de score van 50,7 dus op het randje. Vorig jaar rond deze tijd, was de PMI 60,1. Ook in de industrie waren producenten minder positief en liep het vertrouwen ook terug. Het producentenvertrouwen heeft het laagste niveau in bijna drie jaar bereikt.
LEES OOK: Nederlandse ondernemers beter voorbereid op Brexit
Landen in eurozone
Ondanks de vooruitzichten over het verslechteren van de economie, scoort Nederland wel als een van de betere landen in de eurozone. Vaak zit de PMI daar onder de 50. Zo was de Duitse PMI in juni 45 en de Italiaanse 48,4. De gemiddelde score van de eurozone was dan ook niet hoger dan 50, en stond op 47,6. Naast het Europesen inkoopmanagers, waren ook de managers in Azië minder optimistisch. De sluimerende handelsoorlog tussen China en de VS helpt hier ook niet bij. De Amerikaanse strafheffingen raken de Chinese economie, wat zorgt voor dalende productie en export.
Ook al gaat het minder goed, de index van Nederland staat nog steeds boven de 50, wat dus inhoudt dat er nog steeds sprake is van groei. Dit cijfer klopt overigens wel met de verwachtingen van de Nederlandse bevolking: het gaat minder goed dan afgelopen jaren, maar er is nog steeds groei.